Sommige acties, zoals het bijwerken van de pakketlijst, kunnen enkel in de
hoedanigheid van systeembeheerder (root
) uitgevoerd worden. Indien u
root
niet bent en u tracht de pakketlijst bij te werken, dan zal
aptitude u vragen of u root
wilt worden:
![]() |
Indien u “Beheerder worden” selecteert, dan zal aptitude u om
het wachtwoord van de beheerder (root
) vragen. Als u het correct invoert,
zal aptitude de actie uitvoeren waarvoor de voorrechten van root
vereist
zijn. Nadat de actie beëindigd werd, zult u nog steeds root
zijn.
Op elk moment kunt u overschakelen naar het account van root
met het
commando → . Elke wijziging die u aan de toestand van pakketten
aangebracht heeft, zal behouden blijven (maar niet opgeslagen zolang u
aptitude niet afsluit).
Standaard gebruikt aptitude het commando su
om de
bevoegdheden van root
te verwerven. Indien u een ander commando zou wensen
te gebruiken (zoals sudo
), dan moet u de
configuratieoptie Aptitude::Get-Root-Command
in die zin instellen.